Eén van de mensen waar ik altijd een verschrikkelijke hekel aan heb gehad, is Jaap Smit. Tot 3 jaar geleden directeur van Slachtofferhulp Nederland. Net op tijd opgerot om er geen slaande ruzie mee te krijgen. Een verschrikkelijke arrogante miskwal. Dominee van professie, maar niets begrijpend van naastenliefde en compassie. Bah, bah en nog eens bah.
Zojuist lees ik in de column van @martinvisser (de Telegraaf) dat hij bij het CNV ook al is afgeserveerd. Maar dat de koekwaus nu Commissaris van de Koning in Zuid Holland wordt. Bij Omroep West wordt hij geëtaleerd als ‘man van de menselijke maat’. Als Jaap Smit één ding NIET is, dan is het dat.
Het doet me goed dat Martin Visser de scheidende CNV-voorzitter op waarde weet te schatten.
Praatjesmaker
Martin Visser
Drie jaar lang stapelde vertrekkend CNV-voorzitter Jaap Smit het ene cliché op het andere. En nu beloont het kabinet hem met een mooi baantje, constateert columnist Martin Visser.
Als Niek Jan van Kesteren, Nederlands machtigste man, maandagochtend zijn krantje openslaat, kan hij een glimlach niet onderdrukken. Hij kijkt in het gezicht van Jaap Smit, diens foto staat bij het afscheidsinterview. Hij zal deze polderdominee missen. Nooit meer Jaap Smit-bingo spelen.
Van Kesteren wordt er bijna melancholisch van. Hij nipt van zijn koffie en begint te lezen. Ja hoor, bingo, de vertrekkende CNV-voorzitter heeft het weer over zijn ’voorban’, het tegenovergestelde van de achterban, mensen die geen vakbondslid zijn maar het wel zouden móeten zijn.
De grote ritselaar van werkgeversclub VNO-NCW gaat met zijn vinger de regels langs. Weer bingo, mompelt Van Kesteren. „Vast is te vast en flex is te flex.” Heerlijk zo’n kerel die sinds zijn aantreden in 2010 in elk interview letterlijk hetzelfde zegt. De werkgeversbaas houdt wel van voorspelbaarheid, zeker bij vakbondsbonzen.
Nou, nog eentje dan. Door zijn kleine, ronde brillenglazen tuurt Van Kesteren de kolommen af. Bingo!, roept hij plots hardop; de polderstrateeg schrikt er zelf een beetje van. Daar is Smits verhaal weer over die vakbondszaaltjes die hij dag in dag uit toespreekt. En wat zegt de CNV’er dan tegen zo’n zaal vol oude mannen? Ja hoor, het staat er echt: „De toekomst zit niet hier.” Hoe vaak heeft Van Kesteren dat inmiddels niet gelezen?
Geestig dat Smit daar drie jaar lang mee weg gekomen is, denkt Van Kesteren. Dat heeft Smit heel behendig gedaan. Hij vroeg laatst nog de statistieken op aan zijn medewerker. Alle wervende woorden ten spijt kwam het CNV-ledental in Smits termijn niet van zijn plaats. En die voorban? Wat een lelijk woord eigenlijk, realiseert Van Kesteren zich ineens. Blij dat hij dat nóóit meer terug hoeft te lezen in een interview. Van die aanwas van jongeren is ook geen fluit terecht gekomen. Integendeel, vooral het aantal bejaarde CNV-leden loopt gestaag op.
Ach, nu is zijn koffie koud geworden. Hij heeft al veel te veel tijd besteed aan deze vakbondspassant. Prima kerel hoor. Daar kon je tenminste een sociaal akkoord mee sluiten. Geen gedoe, gewoon tekenen bij het kruisje. En die christelijke achterban geeft tenminste ook geen krimp.Plots schiet het Van Kesteren weer te binnen dat hij na de presentatie van dat akkoord Mark Rutte even apart nam. Die kerel moet je belonen hoor, had hij gezegd, voorzichtig wijzend naar Smit. Zo’n Rutte houdt tenminste woord. Een half jaar later kreeg Smit een aanbod dat hij niet kon weigeren.
Grappig dat Smit het de normaalste zaak van de wereld vindt dat hij zonder serieuze bestuurlijke ervaring gewoon commissaris van de Koning kan worden. Een man naar zijn hart, denkt Van Kesteren. Die incasseert zijn beloning, zonder vragen te stellen.
Van Kesterens oog valt op het SER-blaadje dat op de koffietafel ligt. „Vakbeweging moet sneller vernieuwen”, zegt Smit daarin. ‘Kapitein verlaat voortijdig zinkend schip’ was een betere kop geweest. Ach, dat geeft maar gedoe. Van Kesteren krijgt een rilling. Gedoe, daar zit hij absoluut niet op te wachten.